maandag 31 mei 2010

Passie voor Opera via BBC Radio 3 in The essay

Vijfmaal een kwartier
Elke nacht van maandag op dinsdag tot en met vrijdag op zaterdag, althans in principe, begint het programma van BBC Radio 3 — de Britse zender met heel veel muziek en daaraan gemakkelijk te koppelen overige uitingen van kunst en cultuur — om 00:00 uur onze tijd met het vijftien minuten durende programma The essay. In de komende nachten van deze week, om het exact te zeggen: van dinsdag 1 juni tot en met zaterdag 5 juni is het onderwerp A Passion for Opera.
Binnen de cultuur van West-Europa maakt het fenomeen muziekdrama — anders gezegd: opera — heel veel los bij een specifieke groep liefhebbers, die overigens wel van land tot land verschillen, al bestaan er evenzeer flink wat overeenkomsten. In Nederland hebben we drie als zodanig geregistreerde instituten, verspreid over het land doch met uitzondering van het Noorden. De Nederlandse Opera in Amsterdam, de Nationale Reisopera in Enschede en Opera Zuid in Limburgs hoofdstad. De beide laatstgenoemde instellingen reizen binnen ons land aardig wat af, tussen Leeuwarden en Maastricht.

Verschillen en overeenkomsten
Maar als je bij onze directe Oosterburen kijkt, heeft elke stad van enige omvang een eigen ensemble dat in het Stadttheater of een gelijkwaardig instituut optreedt, meestal met een vast muziekgezelschap. Een stad die vergelijkbaar is met Assen heeft in Duitsland voor zo'n instituut relatief goede voorzieningen. Het is dan ook geenszins verbazingwekkend dat er een Duits boekje over de passie voor opera is uitgegeven in de dtv-reeks
Kleine Philosophie der Passionen: OPER, geschreven door Franz Binder.

Hoezeer die basisvoorzieningen in de cultuur van de ons omringende landen enigszins  overeind blijft in de golf van bezuinigingen die daar sedert ongeveer twee jaar meteen vehementie zijn neergedaald op vrijwel alle openbare cultuurinstellingen — van stadsbibliotheek tot en met speciale, al dan niet eenmalige, projecten — is verbijsterend.
Den Haag zal, na de verkiezingen, zonder enige twijfel in dat voetspoor volgen, al is ook daar reeds de sfeer voelbaar van Damocles en diens zwaard, en ligt de botte bijl gereed voor gebruik. 


Onnadenkend

Er wordt binnen ons bestel ook te weinig nagedacht bij het verstrekken, respectievelijk, intrekken van subsidies. Dan vinden de hoge heren iets niet onderscheidend genoeg en trekken subsidie geheel of gedeeltelijk in, en hoe dikwijls horen we daarbij niet het argument dat er dan meer geld ter ondersteuning van amateurkunsten beschikbaar komt. Al decennia lang pogen tal van ware kenners van de situatie de betrokken overheden ervan te overtuigen dat amateurkunst slechts kan bestaan bij de gratie van professionele kunsten. Hoe meer op Kunst(en) wordt bezuinigd, des te bedreigender is dat tegelijkertijd voor het voortbestaan van amateurkunst(en).
Profiteer er nog even van, gij allen die gepassioneerd zijt waar het de onvergankelijke Opera betreft. 

donderdag 27 mei 2010

Rossini's opera Zelmira in twee gedeelten op BBC Radio 3

Achtergronden
Op donderdag 27 en vrijdag 28 mei zal in het muziekprogramma Afternoon on 3 op de Britse zender BBC Radio 3 de opera Zelmira van Giacchino Rossini (1792-1868) worden uitgezonden, op elk van die beide dagen, 's middags vanaf 15:00 uur (onze tijd) de helft.
Het libretto voor dit muziekdrama stamt van Leone Andrea Tottola
[1], naar de tragedie met dezelde titel uit 1762 van Dormont de Belloy. [2] De première werd gegeven op 16 februari 1822 in het Tetro San Carlo te Napels. Nog in hetzelfde jaar werd Wenen verblijd met een opvoering, twee jaar daarna was Berlijn aan de beurt.

De handeling

Zelmira — een rol voor sopraan — is de dochter van Polidoro — die door een bas dient te worden uitgebeeld —, de koning van Lesbos. Tijdens de afwezigheid van haar echtgenoot Ilo — een tenorpartij —, die koning van Troje is, dwingt ene Antenore (nomen est omen, dus: tenor) Zelmira's vader op de knieën en doodt hij een andere veroveraar genaamd Azor.
Zelmira houdt haar vader verborgen en wordt daardoor beschuldigd van moord. Ilo, die zich in beginsel door Leucippo — partij voor bariton — had laten leiden doorziet plotseling de ware samenhang en slaagt erin de man die onrechtmatig over Lesbos heerst te overmeesteren, en geeft vervolgens Polidoro zijn troon terug.

_________
[1] Leone Andreas Tottola is op 15 september 1831 in Napels overleden. De geleerden zijn het niet eens — respectievelijk in het ongewisse — over zijn geboortejaar. De een rept van "het eind van de achttiende eeuw" als diens geboortetijd, anderen nemen de periode ietwat tot veel ruimer en spreken van de tweede helft van die eeuw.
Tottola was als huislibrettist verbonden aan het Koninklijke Theater van Napels en op grond daarvan onderhield hij contact met onder meer Rossini. Diverse van diens Italiaanse collega-componisten — al dan niet van het eerste plan — hebben muziekdrama's gerealiseerd op de libretti van de door hen zeer gewaardeerde Tottola. Tussen 1818 en 1822 schreef hij vier libretti voor Rossini-opera's, waarvan
Zelmira de laatste was.

[2] Dormont de Belloy is een pseudoniem van Pierre-Laurent Buirette de Belloy (1727-1775), een Frans dramaschrijver.
__________

Afbeelding: Pierre-Laurent Burette de Belloy.

zondag 23 mei 2010

Thaïs van Jules Massenet zondagavond op WDR 3

Op zondag 23 mei  — tussen 20:03 uur en 23:00 uur — wordt de opera Thaïs uit 1894 van Jules Massenet (1842-1912) gepresenteerd op de Duitse regionale radiozender WDR 3. Uitvoerenden zijn het Orchestre National Bordeaux Aquitaine onder leiding van Yves Abel. Medewerking wordt verleend door het Choeur de l'Opéra Lyon, en de zangers Thomas Hampson, Renée Fleming en David Grousset, alsmede andere vocale solisten.
De handeling van dit muziekdrama kunt u lezen in een eerdere bijdrage op deze site, gepubliceerd op 20 december 2008.

vrijdag 21 mei 2010

Opera Zuid speelt Le Nozze di Figaro in veertien steden

Naar Frans toneelstuk
Tussen 22 mei en 6 juli zal het thans jubilerende (20 jaar) Nederlandse muziekthatergezelschap Opera Zuid veertien voorstellingen geven van de opera Le nozze di Figaro uit 1786, geschreven door Wolfgang Amadeus Mozart (1756-1791). Voor dit muziekdrama in vier bedrijven heeft librettist Lorenzo da Ponte (1749-1838) de tekst gerealiseerd op basis van het toneelstuk La folle journée ou Le mariage de Figaro van Pierre-Augustin-Caron de Beaumarchais (1732-1799). Op 1 mei 1786 werd in Wenen de eerste uitvoering gegeven. Een jaar later was Praag aan de beurt met een Duitse versie. Opvallend is dat er binnen zeer korte tijd drie andere Duitse versies werden gerealiseerd: in 1788 te Frankfurt am Main, in het jaar daarop te Hannover en in 1792 te Wenen. Van 1900 tot en met 1941 werden er nogmaals vier nieuwe Duitse edities op de planken gebracht.
Tot in de twintigste eeuw werden uitvoeringen gegeven waarin de recitatieven werden vervangen door gedeelten met alleen gesproken tekst.

De handeling
Het verhaal speelt zich af in de Spaanse stad Sevilla in het midden van de achttiende eeuw. Op de dag die de toeschouwers van het drama voorgezet krijgen — aan het hof van graaf en gravin Almaviva — zal het huwelijk worden voltrokken van Figaro — een rol voor bariton — en Susanna — een partij voor sopraan —, beiden in dienst van het grafelijke echtpaar. De partij van de graaf moet worden ingevuld door een bariton, die van de gravin door een sopraan. De graaf wenst gebruik te maken van het aloude recht van de eerste nacht: het ius primae noctis, waarbij de broodheer de huwelijksdaad bij de bruid mag voltrekken, en daardoor eveneens in staat is zo'n voorgenomen huwelijk uit te stellen. Het feit dat de kamenier van de gravin, Marcellina, nog een oude rekening met Figaro te vereffenen heeft, komt de graaf daarbi zeer goed van pas. Marcellina heeft ooit aan Figaro geld geleend onder de voorwaarde dat hij met haar zou trouwen als mocht blijken dat hij het geld niet zou kunnen terugbetalen. Samen met de gravin broeden Susanna en Figaro een plan uit om de toestemming van de graaf alsnog te verkrijgen. 

Jaloezie

De graaf raakt helemaal overmand door steeds groter wordende jaloezie zodra hem het vermoeden bekruipt dat zijn vroegere page Cerubino — die hij voorheen de deur heeft gewezen — zich in het boudoir van de gravin ophoudt.
Tijdens het proces van Marcellina ontdekken Figaro enerzijds en zijn tegenstander Doctor Bartolo en Marcellina anderzijds dat zij zoon en ouderpaar zijn.
De onwillige houding van graaf Almaviva wordt gerelativeerd als Susanna hem een brief brengt waarin een heimelijk rendez-vous wordt voorgesteld. In de nachtelijke uren hebben de gravin en Susanna van kleding gewisseld waarna de graaf zijn wettige echtgenote het hof maakt, in de veronderstelling dat hij de kamenier voor zich heeft. Uiteindelijk schenkt de gravin haar echtgenoot vergiffenis.

Enscenering
Als we het brede scala aan ensceneringen uit de tweede helft van de twintigste eeuw bezien, dan valt het op hoeveel verscheidenheid valt te creëren op basis van het boven omschreven gegeven. Die versies liepen uiteen van een platvloerse uitvoering, zo'n drie decennia geleden, in het noorden en oosten van het land tot en met de presentatie van een interessant mysteriespel via de muziekzender Mezzo-televisie. Dan waren er nog voornaam-elegante presentaties tegenover sociaal-kritische of een voorstelling die van elke illusie gespeend bleek. Begin jaren tachtig voegde Peter Zadek daar nog een groteske uitbeelding aan toe.
Uit deze beschrijving zal iedereen begrijpen dat we zeer nieuwsgierig zijn naar de versie die het regie-team voor de huidige voorstelling van Opera Zuid voor ogen staat. Dat team is samengesteld uit vier mensen, waarvan er drie voor het eerst iets voor dit gezelschap mogen realiseren.

Veertien steden
Op zaterdag 22 mei wordt de thans gereedgekomen — en daarmee nieuwste — versie van Le Nozze di Figaro in première voorgesteld in het Parktheater van Eindhoven. Daarna volgen tot en met 6 juli nog dertien uitvoeringen in evenzovele Nederlandse steden, waarbij de laatste voorstelling in het Concertgebouw semi-scènisch zal zijn.
Voor de juiste gegevens met betrekking tot de theaters, de aanvangstijden, aanrijdroutes etc., zij hier verwezen naar het betreffende gedeelte op de website van Opera Zuid. Daarvoor hoeft u slechts hier te klikken. Even eenvoudig is het te lezen welke mensen u op en voor respectievelijk half onder het podium, in de orkestruimte, en achter de coulisse kunt aantreffen. Dat kan met deze link.

maandag 17 mei 2010

Leoncavallo's I Pagliacci maandagavond via Arte-televisie

Registratie uit 2009
In juni 2009 is in het Opernhaus Zürich een nieuwe versie gepresenteerd van de opera
Paljas van Ruggero Leoncavallo (1857-1919). Uitvoerenden waren koor en orkest van de Opera van Zürich onder leiding van Stefano Ranzini. Grischa Asagaroff tekende voor de enscènering, de titelrol — waarmee de beroemdste tenor uit de geschiedenis van het muziektheater, Enrico Caruso (1873-1921), in onder meer de New Yorkse Metropolitan Opera, nu ongeveer een eeuw geleden, furore heeft gemaakt — werd daarin vertolkt door de Italiaanse tenor José Cura.
Van deze uitvoering is een registratie gerealiseerd die op maandag 17 mei door de Duits-Franse cultuurzender Arte-televisie zal worden gepresenteerd tussen 22:10 uur en 23:25 uur.

I Pagliacci
Zowel de Duitse alsook de Nederlandse versie van I Pagliacci hebben de titel in het enkelvoud — Der Bajazzo, respectievelijk Paljas — geeft de oorspronkelijke titel een meervoudsvorm aan. I Pagliacci is een muziekdrama in twee bedrijven met een proloog. De tekst werd geschreven door de componis, naar een ware gebeurtenis. De eerste uitvoering werd op 21 mei 1892 gegeven in het Teatro dal Verne te Milaan, onder leiding van Arturo Tscanini (1867-1957), die daarvoor zangsolisten van de hoogst denkbare klasse van die dagen ter beschikking had: Addelina Stehle (1861-1945) in de rol van Nedda, Fiorello Giraud (1870-1928) als Canio, Victor Maurel (1848-1923) [1] als Tonio en Mario Ancona (1860-1931) als Silvio.
Nog in het jaar van de première werd er aan de Berlijnse Hof-Oper een Duitse versie gerealiseerd. In latere tijden zouden er nog enkele andere Duitstalige versies worden voorgesteld. In het jaar na de Scala-uitvoering werd
I Pagliacci in Londen en New York voorgesteld. 


Het verhaal

De handeling speelt zich af in het jaar 1865 in het Italiaanse Calabria. In de Proloog bereidt komediant Tonio — rol voor een bariton — het publiek erop voor dat men een ware geschiedenis zal meebeleven. Canio — rol voor een tenor — is de oudere leider ban de rondreizende theatertroep. Mede door het grote leeftijdsverschil tussen hem en Nedda is hij zeer jaloers en waakt hij nauwgezet over haar.
Op een dorpsplein bereiden de komedianten de opvoering van de avond voor. Nedda — die in het geheim verliefd is op de jonge boer Silvio — die door een bariton moet worden voorgesteld — en met hem bespreekt ze de plannen voor de vlucht die ze de daarop volgende nacht met
hem wil ondernemen. Tonio, die zich in een eerder stadium aan Nedda heeft opgedrongen, luistert dat gesprek af en vertelt de inhoud ervan aan Canio. Deze slaagt er echter niet meer in de minnaar van zijn vrouw tegen te houden, en Nedda weigert resoluut diens naam te noemen.
Als de komedie op het dorpsplein is begonnen, raken spel en werkelijkheid verweven. Gedurende de afwezigheid van paljas (Canio) ontvangt Colombina (Nedda) de harlekijn (Beppo — een tenorpartij). Na zijn terugkeer raakt Paljas steeds opgewondener door meer en meer oplaaiende jaloezie. Weer eist hij van zijn vrouw dat ze hem de naam noemt van haar minnaar, maar dan steekt hij Nedda neer voor de ogen van de toeschouwers. De ijlings toegesnelde Silvio wordt eveneens door Canio neergestoken.
__________

[1] Door tussenkomst van deze tenor kwam Leoncavallo in contact met muziekuitgever Ricordi die weliswaar interesse had in datgene wat de componist had gemaakt, doch uitsluitend voor zover dat de tekst betrof. Teleurgesteld daarover wendde de componist zich tot een concurrerende uitgever, Sonzogno, en bood deze firma zijn Paljas aan.
____________
Afbeeldingen
1. De operacomponist Ruggero Leoncavallo (ansichtkaart uit 1910).

zondag 9 mei 2010

9 mei vormt een opera-zondag op Arte-televisie

Wagner: Tannhäuser
In het kader van de Europese Operadagen wordt dit weekeinde door Arte-televisie flink wat aandacht aan het fenomeen muziektheater besteed door middel van weliswaar televisie, doch via een breed scala aan thema's.
Nadat deze Duits-Franse cultuurzender reeds op zaterdag 8 mei op diverse fronten aandacht aan deze Europese gebeurtenis heeft besteed, pakt deze op zondagochtend om 09:45 uur de draad weer op met een uitvoering van Tannhäuser uit 1845 van Richard Wagner (1813-1883). Het gaat hier om een versie door het Philharmonia Chor Wen en het Deutsche Symphonie Orchester Berlin onder leiding van Philippe Jordan. De opvoering vindt plaats in het Festspielhaus Baden-Baden.

Maria Callas
Dezelfde zender presenteert later op de dag een documentaire over de onvergelijkelijke en onvergetelijke Maria Kalogeropoulos (1923-1977) die aan operaminnaars en zovelen daarbuiten beter bekend is als Maria Callas.
In de film, die tussen 19:15 uur en 20:00 uur zal worden uitgezonden, kun u impressies bekijken van aan galaconcert uit 1958 in Parijs, gevolgd door een recital uit 1965.



Thema-avond: Peking Opera
Arte-televisie biedt op zondag 9 mei een thema-avond onder de titel Die exotische Welt der Peking-Oper. Twee onderdelen maken deze 'avond', die wordt gerealiseerd tussen 20:14 uur en 23:55 uur.
Als eerste onderdeel kunnen we het Chinese, verfilmde drama Ba wang bie ji (Lebewohl, meine Konkubine) zien, een China/Hongkong coproductie uit 1993, met in de voornaamste rollen Leslie Cheung, Zhang Fengyi en Gong Li.
Om 23:00 uur volgt nog een reportage over en opera-school in Beijing. Daar heerst een ijzeren discipline op basis van tradities die al vele eeuwen overeind worden gehuden om te kunnen garanderen dat het hoge niveau ook voor de — in de in ieder geval nabije — toekomst blijft gehandhaafd.

__________
Afbeelding: Maria Callas (Foto EMI).

woensdag 5 mei 2010

De parel aan het Meer van Zürich bestaat 175 jaar


Op donderdag 6 mei kunnen geïnteresseerden in de geschiedenis van het muziektheater gedurende, voornamelijk, de laatste anderhalve eeuw, hun hart ophalen als ze 's avonds gaan luisteren naar het Opernkonzert dat door de regionale Duitse radiozender NDR Kultur zal worden uitgezonden tussen 20:00 uur en 22:00 uur. Daarin wordt aandacht besteed aan Die Perle am Zürichsee, het Opernhaus van de geld- en bankenstad in Zwitserland, dat thans 175 jaar bestaat en dat feit niet onopgmerkt voorbij wil laten gaan.

maandag 3 mei 2010

Italiaanse opera als thema in BBC's Composer of the Week

Ruim twee eeuwen In het programma Composer of the week dat door BBC Radio 3 twee keer per werkdag wordt uitgezonden — eerst tussen 13:00 uur en 14:00 uur en de herhaling daarvan tussen 23:00 uur en middernacht —van maandag tot en met vrijdag, is gedurende de vandaag begonnen week de beurt aan een thema in plaats van een persoon. Dat thema de komende dagen is een belangrijk aspect van de muziekgeschiedenis: de opera in Italië vanaf de begindagen tot en met de eerste decennia van de negentiende eeuw.
Onder de titel Monteverdi to Rossini — Italian opera wordt vijf maal een uur voor deze deelgeschiedenis van het fenomeen muziek gereserveerd. De periode waarover deze uitzendingen gaan, ligt tussen 1607 — toen het eerste echte muziekdrama, Orfeo van Claudio Monteverdi (1567-1643) werd voorgesteld — en 1829 — het jaar waarin de laatste opera van Gioacchino Rossini (1792-1868), Guillaume Tell aan de wereld werd geschonken — en omvat daarmee ruim twee eeuwen.
__________
Afbeelding: Claudio Monteverdi.

zaterdag 1 mei 2010

Rossini's Armida uit 1817 zaterdag op BBC Radio 3

Torquato Tasso
De figuur
Armida uit Gerusalemme liberata (1581) van Torquato Tasso (1544-1595) is voor diverse kunstenaars een inspirerend wezen gebleken. Zij is een verleidster die door haar toverkunsten erin slaagt Rinaldo — een soort Tannhäuser — op haar eiland (vast) te houden.

Ze is de centrale figuur geworden in tal van muziekdrama's tussen 1639 — Benedetto Ferrari (ca. 1603-1681) — en 1904 Antonín Dvořák (1841-1904). Tussen die twee uitersten waarbinnen zich bijna drie eeuwen muziekgeschiedenis hebben afgespeeld, bestaan er in ieder geval nog tien opera's met de persoonsnaam als titel van het drama of as belangrijkste onderdeel van de titel. Naast (zeer) beroemde namen — zoals Jean-Baptiste Lully (1632-1687), Christoph Willibald von Gluck (1714-1787), Niccolò Jomell (1714-1774), TomassoTraetta (1727-1779), Antonio Gasparo Maria Sacchini (1730-1786), Joseph Haydn (1732-1801), Johann Mysliveček (1737-1781), Johann Gottlieb Naumann (1741-1801),  Antonio Salieri (1750-1825) en Giacchino Rossini (1792-1868).
Uit het bovengenoemde boek van Torquato Tasso zijn nog meer opera's gedestilleerd, en andere teksten die de man heeft geschreven, zoals madrigalen, werden onder meer van muziek voorzien door onder anderen Claudio Monteverdi (1567-1643), die — voorafgaande aan tal van latere collega's — eveneens van Gerusalemme liberata een opera heeft gerealiseerd.

Rossini's Armida
De eerste uitvoering van Rossini's Armida werd op 11 november 1817 te Napels gegeven, in het Teatro San Carlo. Vier jaar later volgde in Wenen een Duitse versie. In 1952 werd Armida in Flrence opnieuw in het repertoire opgenomen met Maria Callas (1923-1977). Venetië volgde in 1985; twee jaar daarna was — de toen nog Bonds-Duitse hoofdstad — Bonn aan de beurt.
Op zaterdag 1 mei kunt u, in het programma Opera on 3, luisteren naar Armida in een versie door het Metropolitan Opera House New York. Koor en orkest van dat instituut worden geleid door door Riccardo Frizza. De belangrijkste vocale solisten zijn de sopraan Rene Fleming en de tenor Lawrence Brownlee.
__________
Afbeeldingen
1. De Italiaanse dichter Torquato Tasso.
2. De tenor Lawrence Brownlee (Foto © Marty Umans).