Modest Moessorgski omstreeks 1870. |
De presentatie via luister-ethergolven van dit muziekdrama van Modest Moessorgski (1839-1881) [1] wordt verzorgd door de New Yorkse Metropolitan Opera; koor en orkest van dat instituut staan onder leiding van Valery Gergiev. Het is een der producties van dat operahuis tijdens dit seizoen; eind 2010 werd deze productie reeds hier en daar aangekondigd en besproken.
Daarin vertolkt Rene Pape de rol van Tsaar Boris Godoenov [2]; de oude monnik Pimen [3] krijgt gestalte in Makhail Petrenko; Varlaam moet het doen met een vertolking door Vladimir Ognovenko; Jekaterina Semechik zorgt voor de uitbeelding van Marina; Aleksandr Antonenko is Dimitri (de valse Tsaar); Sjoeski krijgt gestalte in Oleg Bakashov. Ten slotte wordt Rangoni voorgesteld door Jevgeni Nikitin.
__________
[1] Naar de gelijknamige tragedie uit 1931 van Nikolaj Karamzin (1766-1826). De eerste uitvoering werd gegeven in het Marlinski-Theater te Sint Petersburg op 8 februari 1874. Van dit meesterwerk bestaan diverse bewerkingen door latere meesters; de meest bekende zijn die van Maurice Ravel en van Dmitri Sjostakovitsj.
[2] Spreek uit: Bàries Godoenov; klemtoon in voornaam en familienaam op de laatste lettergreep.
[3] De rol van Pimen wordt net als die vanTsaar Boris vertolkt door een bariton. In de opname van de uitvoering van ongeveer een halve eeuw geleden onder leiding van André Cluytens werden die twee rollen vertolkt door de Bulgaarse bas Boris Christoff (1919-1993).
Laatstgenoemde werd daarvoor met een Edison onderscheiden. Door de presentator van de plechtige uitreiking in het Concertgebouw te Amsterdanm werd hij in het Engels aangesproken, waarop de zanger in het Frans riposteerde.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten