Herhaling
De klassieke muziekzender Mezzo-televisie presenteert op zaterdag 2 augustus, tussen 20:30 uur en 22:25 uur, de enige opera die Ludwig van Beethoven (1770-1827) heeft gecomponeerd, Fidelio uit 1805 (eerste revisie 1806). Uitvoerenden in deze Mezzo-voorstelling zijn de sopraan Gwyneth Jones als Leonore, en James King, bas, in de rol van Florestan. Het betreft een opname uit het jaar 1970 onder regie van Ernst Wild, gerealiseerd in de Deutsche Oper Berlin. Koor en orkest van dat instituut worden gedirigeerd door Karl Böhm (1894-1981). In de begeleidende tekst wordt de interpretatie van Karl Böhm gekwalificeerd als "van een souvereine noblesse".
Voor de overige personen die een rol in dit muziekdrama vervullen, zij verwijzen naar het programma-onderdeel in kwestie op de website van Mezzo.
Achtergronden
Fidelio oder Die eheliche Treue is de enige muziekdramatische compositie van Ludwig van Beethoven: een opera in drie bedrijven, op een tekst van Joseph von Sonnleithner (1765-1835), welke is gebaseerd op het libretto uit 1798 van Jean-Nicholas Bouilly (1763-1842), bedoeld voor Léonore ou L'amour conjugal van Pierre Gaveaux (1760-1825). Dit libretto is in dezelfde periode tevens gebruikt door Fernando Paër (1771-1839) — in 1804 — en Johann Simon Mayr (1763-1845) — in 1805.
De eerste uitvoering van Fidelio, met de ouverture Leonore II, werd, onder leiding van de componist, op 20 november 1805 in het Theater an der Wien gegeven. Goed vier maanden daarna, op 29 maart 1806, werd in datzelfde theater een aangepaste versie — veranderingen en inkrimping tot twee bedrijven, met als ouverture Leonore III — onder leiding van Ignaz Seyfried (1776-1841). De derde en uiteindelijke versie van Fidelio, op tekst van Georg Friedrich Treitschke (1776-1843), ging op 23 mei 1814 in het Weense Kärtnertortheater, met als ouverture Die Ruinen von Athen, en vanaf de tweede voorstelling met de Fidelio-ouverture. Dat is ook heden ten dage gebruikelijk, en tussen de bedrijven wordt dan veelal Leonore III gespeeld, een inlassing die in 1841 door Otto Nicolai (1810-1849) werd gerealiseerd. Acht jaar daarna heeft Carl Anschütz (1813-1870) deze 'ouverture' tussen de beide laatste scènes geplaatst.
Inhoud
Leonore is vastberaden haar echtgenoot, de Spaanse edelman Florestan, uit de gevangenis te bevrijdenen daartoe heeft zij zich onder de naam Fidelio als assistent van de kerkermeester Rocco laten aanwerven. Deze is zeer tevreden met 'zijn' werk en wil 'hem' daarom wel laten trouwen met zijn dochter Marzellia, die verliefd op de assistent van haar vader is geworden.
Gouverneur Pizarro laat het bevel uitgaan Florestan te doden, aangezien deze slechts op persoonlijke willekeur van Pizarro in de kerker is beland; nu er een inspectie op handen is, zou Pizarro's misdaad aan het licht kunnen komen en daardoor is het zaak dat de executie snel gebeurt. Rocco en Florestan graven samen het graf voor het beoogde slachtoffer. Pizarro verschijnt en dan komt Leonore tussenbeide om zo ervoor te zorgen dat haar echtgenoot toch niet zal worden gedood.
Een trompetsignaal kondigt de komst van de minister, Don Ferrando, aan. Deze laat de gevangenen vrij, waarna Marzellina dit intermezzo met de vermeende toekomstige bruidegom achter zich laat en naar de voormalige geliefde Joaquino terugkeert.
____________
Afbeeldingen
1. Scène uit de Böhm-versie uit 1970 van Fidelio.
2. Dirigent Karl Böhm.
3. Librettist Joseph von Sonnleithner.
4. Componist/dirigent Otto Nicolai.
5. Componist/dirigent Carl Anschütz.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten